Wat zijn de must-see bezienswaardigheden tijdens een rondreis in Thailand?

Bangkok slaapt nooit. De stad is chaotisch, levendig en vol verrassingen. Struin door Sukhumvit, waar de geur van streetfood in de lucht hangt en tuk-tuks je voorbij razen. Zoek verkoeling in Lumpini Park, waar je varanen als mini-dino’s kunt spotten. Vaar mee op een lokale boot over de Chao Phraya-rivier en ontdek de stad vanaf het water. Zin in een ander perspectief? Bezoek een rooftopbar en geniet van het uitzicht over de skyline met een cocktail in de hand en een camera in de aanslag.

Shopliefhebbers kunnen hun hart ophalen in Paragon Siam: een hypermoderne mall met strak design, een binnenwaterval en karaoke-booths, typisch Thais en heerlijk over de top. Net buiten de stad wacht Wat Samphran, beter bekend als de ‘drakentempel’: een felroze toren waar een gigantische draak omheen kronkelt. Via het binnenste van de draak klim je naar boven. Bizar, uniek en indrukwekkend tegelijk.

Bij de brug over de River Kwai voel je de geschiedenis, een plek met een indrukwekkend en aangrijpend verhaal. Maar kijk vooral ook verder dan de gebaande paden. In de buurt vind je het Erawan Nationaal Park, bekend om zijn watervallen die in zeven turquoise plateaus naar beneden stromen. Perfect om af te koelen, omringd door weelderig groen. Wil je helemaal tot rust komen? Dan kunnen wij een overnachting regelen in een drijvend huisje, midden in de natuur.

Ten zuiden van Chiang Mai, langs de route van de slaaptrein, liggen de zwevende pagodes van Wat Chaloem Phra Kiat. Witte tempels balanceren op steile rotspunten, een magisch gezicht. Geen hordes toeristen, maar een plek waar je in stilte tussen de wolken wandelt.

Rijd je de Mae Hong Son-loop, dan slingert de weg je van bocht naar bocht door een bergachtig landschap vol rijstvelden, uitzichtpunten en slaperige dorpjes. Hier heerst vooral één ding: rust.

Tussen Chiang Mai en Chiang Rai wacht een mix van jungle, cultuur en stilte. Ga hiken, kook met lokale ingrediënten en ontdek een kant van Thailand die maar weinig reizigers te zien krijgen.

Eilandhoppen in Thailand mag wat ons betreft niet ontbreken in jouw reisroute. Waarom? Omdat het dé manier is om het relaxte eilandleven te combineren met avontuur. Je ontdekt meerdere eilanden, elk met een uniek karakter: van intiem en rustig tot weelderig en wild, met junglepaden of kleurrijke koraalriffen. En dat alles op slechts een paar boottochtjes van elkaar. Het tempo vertraagt, de slippers gaan aan, en je dagen vullen zich met zon, zee en een verse kokosnoot in je hand. Veel beter wordt het niet.

Koh Hai (ook wel Koh Ngai) is klein, rustig en beeldschoon. Hier hoeft niks en dat is precies de charme. Snorkelen doe je direct vanaf het strand, en met een beetje geluk spot je zelfs een schildpad. Dit eiland is ideaal voor een paar dagen lang boeklezen, kokosnoten drinken en helemaal niks doen, met eindeloos uitzicht op zee.

Koh Tao is dé plek voor zowel beginnende als ervaren duikers. Rondom het eiland liggen kleurrijke koraalriffen vol tropische vissen. Geen duiker? Geen probleem. Je kunt hier ook prachtig wandelen naar uitzichtpunten of gewoon relaxen in een strandbarretje. De sfeer is laid-back, en het leven speelt zich grotendeels buiten af, precies zoals het hoort op een eiland als dit.

Koh Phangan is het ene moment levendig, het andere heerlijk rustig. In het noorden en westen vind je verborgen baaitjes, yoga retreats en kleinschalige hotels, perfect om even helemaal tot rust te komen. Huur een scooter en verken het groene binnenland, of nestel je op het strand met een fruitshake in je hand. Zin in wat meer reuring? Aan de zuidkant van het eiland vind je gezellige barretjes en af en toe een goed feest. Zo combineer je ontspanning met sfeer.

In Khao Sok Nationaal Park slaap je in drijvende bungalows op het Ratchaprapha-meer. Denk aan felblauw water, steile kalksteenrotsen, junglegeluiden en de geur van nat hout. Deze plek voelt als Vietnam, Canada en Thailand in één: rauw, stil en adembenemend mooi. Je bent hier midden in de natuur, ver weg van verkeer en wifi. Even helemaal offline.

Op zo’n 2,5 uur rijden van Bangkok wandel je in Khao Yai National Park langs watervallen en, met een beetje geluk, spot je zelfs wilde olifanten. De natuur is hier op z’n mooist van november tot en met februari.
Tip: vermijd het weekend, want dan trekken veel dagjesmensen uit Bangkok het park in. Doordeweeks voelt het alsof je het helemaal voor jezelf hebt.

Of je nu kiest voor stad of strand, jungle of tempel: Thailand heeft het allemaal. En vaak net even anders dan je verwacht. Het noorden voelt totaal anders dan het zuiden, wat je reis extra veelzijdig maakt.

Dit is geen vaste route, maar een bundel inspiratie voor plekken die je gezien móét hebben. Kies, combineer en reis op jouw manier. Maak er jouw eigen avontuur van.

Benieuwd hoe jouw ideale rondreis door Thailand eruit kan zien? Onze Thailand-experts helpen je graag met het samenstellen van een reis vol must-sees en verrassingen. Laat je inspireren en neem vrijblijvend contact met ons op. Samen creëren we een reis die perfect bij jou past.