Fooi geven in Cuba
BlogGeld is in Cuba een bijzonder gebeuren. Als toerist betaal je in CUC’s. Cubanen zelf betalen met CUP’s. Het is maar één letter en tegelijkertijd een wereld van verschil. Het verschil tussen rijk en arm, tussen luxe producten en basisbehoeften, tussen de winkel in de hoofdstraat en het kraampje langs de weg. Het is ons al snel duidelijk dat Cubanen graag CUC’s ontvangen als noodzakelijke aanvulling op hun basisinkomen en als mogelijkheid om dingen te kopen die voor ons heel normaal zijn zoals frisdrank en deodorant. Iedere mogelijkheid om aan een CUC te komen wordt dan ook aangegrepen. De weg wijzen naar het hotel, het aanbod voor een taxi of een illegale sigaar: je kunt als toerist niet de straat op zonder dit soort aanbiedingen te krijgen.
Voor ons is het geen probleem om iets te geven. Een fooi na het eten, voor het dragen van je koffer, voor het kamermeisje dat je handdoek zo grappig opvouwt. Het is allemaal goed voor die felbegeerde fooi van één of enkele CUC’s.
Soms is het even zoeken wat Cubaanse vriendelijkheid is en wat duidelijk een dienst is die vraagt om dè fooi. Dat vrouwtje dat met je meeloopt naar de kerkdienst, die opa met sigaar voor een hele mooie foto met je dochter, die oude man van 92 jaar die nog iedere dag met zijn gitaar zingt in het resto. Zullen we wat geven? En zo ja hoeveel? Je kan er best druk mee zijn tijdens je vakantiedag op Cuba.
Sommige mensen vragen er om. Op weg naar het uitkijkpunt krijg je een fijne parkeerplaats in de schaduw van de boom. De enthousiaste jongeman laat ons een kartonnen bordje zien met daarop de handgeschreven boodschap: ‘Kosten parkeerplaats en uitzicht 2 CUC’. ‘OK, prima’, denken wij en nemen het pad naar het uitzicht. Als we weer terug zijn, zit er in de schaduw van de boom nòg een jongeman.
Hij vouwt een sprinkhaan van een bananenblad. Die krijgt onze dochter in handen, die even kijkt wat ze er mee aan moet. ‘Gewoon een souvenir’, zegt de jongen die enthousiast begint met een exemplaar voor mij. Enfin, toch maar weer 50 cent opgedist uit de portemonnee. En zo gaan we 2.50 CUC armer, maar een mooi uitzicht en twee sprinkhanen rijker weer verder.
Of het mannetje bij ons pension. Waar we onze auto in een hééél nauw straatje moeten parkeren. We maken ons een beetje zorgen of dat goed gaat, maar als we ’s avonds na het eten terugkomen bij het pension staat er een mannetje. Hij heeft een lijntje gespannen langs de drie auto’s in de straat en hij heeft een zaklamp. Dus dat gaat goed komen. Middenin de nacht zit hij er nog, op een krukje. De volgende morgen rekenen we af bij het pension waarbij 2 CUC parkeergeld betaald wordt. Maar het mannetje zelf staat er òòk en die wil òòk 2 CUC. Terwijl we ons daarover verbazen, is er ineens nog weer een ander die als een razende onze auto een wasbeurt geeft…dus…5 CUC armer maar een foto èn onbeschadigde schone auto rijker gaan we verder…
Zo gaat het iedere dag. Wij geven fooien en hopen dat deze prachtige Cubanen daardoor tenminste een fijne dag èn wellicht een iets aangenamer leven kunnen leven. Zij gaven ons véél meer dan een fooi terug: prachtige foto’s, mooie reisverhalen èn vakantieherinneringen om het hele jaar met een glimlach aan terug te denken.
Janine van Drieënhuizen
Wil je net als Janine Cuba bezoeken? Kijk dan bij onze Cuba-bouwstenen of ga terug naar het overzicht van alle artikelen