Riksja’s Choice – Compleet IJsland

Dag 1 – Begin van je IJsland familiereis

Vanuit Amsterdam (of vanuit België of Duitsland) vlieg je naar Keflavíkurflugvöllur, de internationale luchthaven bij Keflavík. Je bent ongeveer 3,5 uur onderweg en vlak voor de landing zie je het typisch IJslandse landschap al door je raampje: zwarte lavavelden (deels met mos begroeid), her en der verspreid staande witte huizen en (besneeuwde) bergtoppen in de verte. Haal je je huurauto direct op of pak je het OV naar Reykjavík? Aan jullie de keus. Weet dat je gratis kunt parkeren bij je hotel waar je vannacht overnacht. Terwijl de locatie top is: rustig gelegen en toch midden in het centrum, op zo’n vijf minuten lopen van Laugavegur, met veel leuke winkels en een uitgebreide keuze aan restaurants.

Dag 2 – Op de fiets

Geniet van je eerste IJslandse ontbijt. Heb je altijd al échte IJslandse skyr willen proeven, dan is dit je kans. Zorg ervoor dat je goed ontbijt, want straks ga je de stad te verkennen, the Dutch way, op de fiets. Je loopt naar de fietsverhuur, waar je even je fiets ‘past’ en de juiste kinderfietsen of -zitjes uitzoekt. Hierna ga je zelf op pad. Omdat Reykjavik vrij klein en overzichtelijk is, kun je in een halve dag heel wat van de stad en omgeving zien. Je kunt ervoor kiezen om alvast langs wat highlights te fietsen, zodat je vanmiddag op je gemak de rest kunt verkennen. Wij vinden dat je zeker even naar de Hallgrimskirkja-kerk moet fietsen. Fiets er omheen of pak de lift naar boven; wanneer de wind door je haren waait kijk je vier windstreken ver weg – aan de ene kant zie je de houten kleurrijke huizen van Reykjavik terwijl je aan de andere kant uitkijkt over baaien en fjorden. Vergeet ook niet om langs de kathedraal en de oude haven te fietsen. Omdat je zonder gids op pad gaat, bepaal je zelf je tempo. Even uitblazen doe je op een bankje in het gezellige Laugardalur stadspark.

Dag 4 – Geisers en watervallen

Reis je in de zomer? Dan kan het wel 21 uur per dag licht zijn. Sta dus vroeg op vandaag, zodat je op je gemak en zonder dagjesmensen volop van alle natuurverschijnselen geniet. Eerste stop? De vulkaankrater Kerið. Zo’n 3000 jaar geleden ingestort en gevuld met water met een bijzondere groenblauwe kleur. Hier vandaan ben je in een half uur bij de Strokkur-geiser. Tussen elke 5 en 8 minuten spuit de geiser water omhoog. Tot wel zo’n 20 meter hoog. Wanneer je rondwandelt in dit geothermische gebied zie je heetwaterbronnen met helder blauwgekleurd water. Met de auto rijd je daarna in ongeveer 10 minuten naar Gullfoss. Een gigantische waterval van wel 20 meter breed en met recht een van de mooiste van IJsland. Het water dat in de kloof neerstort zorgt voor een grote hoeveelheid stuifwater; als de zon schijnt zie je dan ook prachtige regenbogen. En daaraan dankt de Gullfoss zijn naam: Gouden waterval. Je kunt helemaal tot aan de rand van de waterval komen; het donderende geraas van het water is overweldigend. Insider tip: wil je de waterval liever voor je ‘alleen’, plan dat dan als eerste vandaag. De meeste touringcarbussen uit Reykjavik komen rond de middag aan – ze ben je de drukte net voor.

Dag 5 – Via Seljalandsfoss naar zwarte lavastranden

Reistijd: ca. 2 uur (135 kilometer)

Onderweg naar Vík kun je je benen strekken bij wel drie bijzondere watervallen. Daarvan is de eerste (Seljalandsfoss) één van de meest fotogenieke watervallen van IJsland, omdat je er achter langs kunt wandelen. En dát levert mooie plaatjes op! Het pad kan glad en nevelig zijn, dus schoenen met een goed profiel en regenjas/poncho moeten wel bovenop liggen in de auto. Houd er wel rekening mee dat je hier niet de enige bent. En juist daarom vinden wij het een aanrader om Kvernufoss te bezoeken; de derde in het rijtje. Minder bekend, maar óók een waterval waar je achterlangs kunt lopen. Grote kans dat je hier wel foto’s maakt zonder andere bewonderaars op de foto. Tussen deze twee ligt Skógafoss. De Skóga-rivier stort wel 60 meter diep naar beneden. Wanneer je aan de rechterkant met de trap naar boven klimt, kijk je uit over de waterval en over de groene omgeving. Je cottage ligt hier ook in de buurt; je huisje ligt in het groene veld, letterlijk in the middle of nowhere. Ze zijn misschien niet al te groot, je hebt wel alles bij de hand. Want vanwege die fijne ligging is er niet veel in de buurt. Ook hier kunnen je kinderen ongestoord buiten rond rennen tot ze moe zijn – er is geen verkeer in de buurt. De cottages zijn precies groot genoeg voor vier personen. Heb je een groter gezin of vind je het sowieso leuk om op een farm stay te slapen? Dan plannen we dat voor je in.

Dag 6 – Naar het ijs bij Skaftafell

Reistijd: ca. 3 uur (230 km)

Je vervolgt je weg over Ringweg 1. Maar niet voordat je geniet van je ontbijt, met het uitzicht. Daarna is het koffers inpakken en gaan. Ringweg 1 loopt langs de groen bemoste Eldhraun lavavelden – sla linksaf en je rijdt naar Fjaðrárgljúfur – een 100 meter diepe canyon, meer dan 2 miljoen jaar oud, en zeker de meest fotogenieke van IJsland. Een pad van 2 kilometer lang leid je langs de kloof met verschillende viewpoints. Die hards kunnen ook door de kloof wandelen, in de ijskoude rivier. In Skaftafell overnacht je in een guesthouse – je hebt een familiekamer met je eigen badkamer, terwijl je beneden in het restaurant van het ontbijt geniet. Op steenworp afstand ligt het beroemde Diamond Beach. Een strand vol ijsbrokken van het Jökulsárlón-gletsjermeer die hier liggen. Sommige brokken zijn blauwer dan blauw en op het meer zie je de ijsschotsen drijven. Morgen ga je het ijs van nog dichterbij bekijken; dit strand is al bijzonder omdat je het ijs nú al aan kunt raken

Dag 8 & 9 – Naar de ongerepte Oost-Fjorden

Reistijd: ca. 4 uur (315 kilometer)

De rit naar de ruige Oost-Fjorden is magisch. Groene kliffen aan je linkerhand en aan je rechterhand diepblauwe fjorden en de zee. Je komt bovendien langs het mooiste strand van IJsland: Stokknes. Aan het einde van de lagune rijzen steile puntige bergen op. Met hun ruim 400 meter vormen ze een strak contrast met het zwarte zand. Bovendien kan het zomaar zijn dat je in de verte een zeehond ziet liggen in de zon. Een omweggetje waard dus. De Oost-Fjorden worden vaak overgeslagen – zonde, want het ongerepte landschap is betoverend. We regelen een kamer voor je in een guesthouse. Een familiekamer van alle gemakken voorzien. De pizzeria is uitstekend en er staan hot tubs op de veranda, met uitzicht over het fjord. Dé plek om de papegaaiduikers te spotten ligt op zo’n 10 minuten rijden. En verder is er van alles te doen in de buurt. Niet alleen wandelen, maar ook fietsen en kajakken. Dit is eigenlijk een plek waar je niet meer weg wil tijdens je IJsland rondreis.

Dag 10 – Richting Diamond Circle

Reistijd: ca. 3 uur (250 kilometer)

Tijd om de Oost-Fjorden achter je te laten en naar het noorden te reizen, richting de Diamond Circle; minder bekend dan de Golden Circle, maar minstens zo mooi! Geothermale activiteiten, bronnen met bubbelende modder, zwavellucht, watervallen (zelfs de grootste van Europa); je vindt hier álles! Je overnacht op ongeveer een half uur rijden van Mývatn, in Husavík. Reis je via Dettifoss? Dan ben je een half uur langer onderweg. Waarbij je Dettifoss eigenlijk niet mag missen. De grootste waterval van Europa en de meest krachtige, wel 44 meter hoog en ongeveer 100 meter breed. Je kunt heel dicht bij de waterval komen, wat de ervaring nóg gaver maakt. Zin in een klauterpartij? Wandel dan naar Sellfoss. Niet zo groot als Dettifoss, maar je ziet ongeveer 10 watervallen en het is er net wat ruiger. Je cottage is schattig. Klein, van hout (ook veel hout aan de binnenkant) en wederom in het groen. En het fijne is, ook hier is je uitzicht fantastisch wanneer je ’s ochtends de gordijnen open doet. Het is bijna verplicht dat je kinderen van buiten spelen houden met al het water en bomen hier in de buurt.

Dag 12 – De walvissen bij Húsavik

Húsavik staat bekend als whale watch capital van IJsland. Maar allereerst genieten van je ontbijt, met uitzicht over het fjord. Daarna is het wel zo handig om warme kleren aan te trekken – je gaat de zee op vandaag. Wanneer de houten boot de haven uitvaart vliegen de krijsende meeuwen met je mee. Op het water zie je met geluk puffins drijven op de golven. De kapitein weet de weg en samen met hem tuur je naar opspuitend water aan de horizon. De eerste keer dat je zo’n ‘wolkje water’ ziet is magisch. Het mooiste is natuurlijk wanneer de walvissen een show weggeven: ze richten zich op uit het water en laten zich op hun rug er weer in vallen. Of een walvissstaart die langzaam in de golven verdwijnt. Mocht het regenen, dan krijg je een regenjas of overal én warme chocomel. De meeste gespotte walvis is overigens de bultrug.

Optioneel – Raften op een gletsjerrivier

Reis je tijdens je IJsland rondreis van het noorden richting westen, dan rijd je langs één van de vele gletsjerrivieren in IJsland. En wellicht zijn je kinderen te porren voor een raft-avontuur, op een gletsjerrivier, door een canyon. Na nog een laatste keer te hebben genoten van je uitzicht rijd je naar Varmahlíð, een rit van ongeveer 2 uur. Je reist via Akureyri, de tweede stad van IJsland. Ben je op tijd vertrokken? Wandel dan even door de hoofdstraat, geniet van een kopje koffie in een van de café’s en vul je boodschappen weer aan, voordat je verder reist naar het westen. Na een grondige uitleg stap je in je raft, peddelen maar! De stroomversnellingen zijn goed te doen (niveau 2/3), waarbij het wel zo handig is om de instructies van je gids op te volgen. Onderweg vaar je langs watervallen en geothermische warmwaterbronnen. Een prima plek om je tenen en vingers in op te warmen, want het water is ijskoud. Letterlijk. Hierna ben je nog een uur onderweg naar je volgende overnachting bij Saudárkókur. Deze excursie is nog niet inbegrepen in je reis, maar kunnen we op deze reisdag goed voor je inplannen.

Dag 14 & 15 – Snaefellsnes

Reistijd: ca. 2,5 uur (ongeveer 200 kilometer)

Snaefellsnes staat bekend als IJsland in het klein. Met als iconisch hoogtepunt de Kirkjufell-berg én gelijknamige waterval, met recht één van de meest gefotografeerde plekken op dit schiereiland. Op Snaefellsness vind je stranden, watervallen, vulkaankraters, heetwaterbronnen, ruige kliffen, lavavelden en prachtige vissersdorpjes. En ondergrondse lavagrotten niet te vergeten, waar je mee kennismaakt deze paar dagen. Onderweg rijd je praktisch langs de Budakirkja. Deze kerk ligt in een oud lavaveld, met grazende schapen rondom. Ook op Snaefellsnes overnacht je in een huisje. We werken samen met verschillende cottages, afhankelijk van je gezinsgrootte. Eén ding is zeker: houd je van paardrijden dan zit je gebakken. Dit kan vrijwel overal op het eiland en wanneer je door de branding galoppeert heb je uitzicht op de besneeuwde bergtoppen.

Nog niet genoeg van walvissen?

Dé plek om in West-IJsland walvissen en orka’s te spotten is bij Snaefellsnes. De noordelijke baai zit namelijk vol met kleine vissen en haring – heerlijke hapjes voor de walvissen en orka’s. Reis je in de zomer? Dan krijg je als kers op de taart ook nog puffins te zien en adelaars. En wat dacht je van het uitzicht op de Kirkjufell-berg, vanaf het water. De beste tijd om orka’s te spotten is tussen november en eind maart. Maar ook in de zomer heb je kans om deze dieren te zien. Vind je het leuk om deze excursie in te plannen? Laat het ons weten. Het kan zomaar zijn dat het dan beter is om drie nachten in Snaefellsnes in te plannen. Heb je ruim de tijd, dan doen we dat. Zit je wat krapper in je (vakantie)tijd dan kijken we samen hoe we de rest van je IJsland rondreis naar wens aan kunnen passen.

Pagegaaiduikers / puffins

Een reis naar IJsland (in de zomermaanden) is pas compleet wanneer je de beroemde puffins hebt gespot. De kleine zwart/witte vogel met grote oranje snavel. Hier vind je daarom een overzicht waar de kans het grootst is om ze tijdens je reis te zien. Tijdens je verblijf in de Oost-Fjorden hebben we het al getipt: Borgafjördur Eystri en de kleine haven Hafnarhólmi. De puffins leven op een klif en vanaf het viewing platform (wat je bereikt via een trap) kun je de vogels in hun nest in gras bewonderen. ’s Ochtends vroeg of aan het einde van de middag zijn ze het beste te bewonderen. In Vík zie je ze op het Dyrholaey-schiereiland, waar je dus niet alleen de zwarte stranden bewondert, maar ook de vogels. De grootste kans om ze voor je lens te krijgen is tussen half mei en eind augustus.